Hof Amsterdam acht wettig en overtuigend bewezen dat de gevonden contanten, ruim € 26.093, afkomstig zijn uit enig misdrijf nu verdachte opzettelijk geen belastingaangifte heeft gedaan. Er is echter geen sprake van witwassen nu de gedragingen van de verdachte niet gericht zijn geweest op het verbergen of verhullen van de criminele herkomst daarvan. Verdachte wordt ontslagen van alle rechtsvervolging.

In de woning van verdachte was bijna € 90.000 in contanten aangetroffen, waarvan verdachte heeft verklaard dat een deel daarvan, te weten € 26.093,65, van haar was. Dit geld heeft verdachte in de loop der jaren verdiend met schoonmaakwerkzaamheden. Zij heeft over deze inkomsten nooit belasting betaald. Het Hof oordeelt dat het geld dat de verdachte voorhanden had, afkomstig was van eigen misdrijf, namelijk het opzettelijk niet doen van een aangifte. Dat verdachte een geldbedrag van ruim € 26.000 voorhanden heeft gehad terwijl zij wist dat dit afkomstig was uit enig misdrijf acht het Hof dan ook wettig en overtuigend bewezen.

Een gedraging kan volgens het Hof alleen kwalificeren als witwassen indien de verdachte een uit eigen misdrijf verkregen voorwerp niet slechts heeft verworven of voorhanden heeft gehad, maar diens gedragingen ook (kennelijk) gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst daarvan. Het Hof oordeelt dat daar in het onderhavige geval geen sprake van is. Het bewezenverklaarde kan aldus niet worden gekwalificeerd als witwassen. De verdachte wordt ontslagen van alle rechtsvervolging ter zake van het bewezenverklaarde.

Gerechtshof Amsterdam 22 januari 2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:97 (gepubliceerd op 5 september 2021)