Verdachte, geboren in Turkije, heeft verklaard dat hij sinds zijn aankomst in Nederland in 1985 zo ongeveer dag en nacht heeft gewerkt en niet alleen wit heeft gewerkt, maar ook zwarte inkomsten heeft genoten. Verdachte heeft alle jaaropgaven, waarover hij beschikt, overgelegd.

Het Hof heeft de jaaropgaven bestudeerd en constateert dat over een aantal jaren geen loonopgaven is gedaan. Het Hof acht aannemelijk dat alle inkomsten die verdachte over die jaren heeft genoten niet in de belastingheffing zijn betrokken. Met betrekking tot de jaren waarover wel een jaaropgave aanwezig is, valt het het Hof op dat er een grote variatie is in de per jaar verdiende bedragen. Over sommige jaren zijn de bedragen veel lager dan over andere jaren. Het Hof acht aannemelijk dat verdachte over die jaren substantiële ‘’zwarte’’ inkomsten heeft verworven waarover geen belasting is afgedragen.

Voorts acht het Hof aannemelijk dat ten aanzien van de contante geldbedragen, die verdachte op zijn rekening heeft gestort, vermenging is opgetreden tussen de rechtens en feitelijk wel aan de belastingheffing onderworpen inkomsten en de feitelijk niet aan belastingheffing onderworpen (zwarte) inkomsten.

Het Hof is van oordeel dat voor de contante stortingen, rekening houdend met redelijkerwijs normaal te achten kosten van levensonderhoud, geen aannemelijke herkomst is te vinden in de door de verdachte overgelegde jaaropgaven. Het Hof gaat er om die reden vanuit dat deze afkomstig zijn van een misdrijf, namelijk het verwerven van inkomsten en van vermogen zonder dat daar belasting over is afgedragen. Met dit geld is door verdachte een woning in Den Haag gekocht. Het door belanghebbende aangevoerde met betrekking tot de inkomsten van zijn echtgenote, alsmede de door verdachte en zijn echtgenote ontvangen huwelijksgeschenken, maakt dit naar het oordeel van het Hof niet wezenlijk anders.

Het Hof is van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke geldboete een passende en geboden reactie vormt op het strafbare feit witwassen. Bij de vaststelling van de geldboete is rekening gehouden met de draagkracht van verdachte. Het Hof veroordeelt verdachte tot een geldboete van € 60.000.

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHDHA:2018:322