Belanghebbende is kentekenhouder van een personenauto. De geldigheid van het kentekenbewijs was van 10 juni 2014 tot en met 22 mei 2015 geschorst. Op 11 november 2015 is geconstateerd dat de auto stond geparkeerd op een parkeervak voorzien van een blauwe streep terwijl de auto niet voorzien was van een duidelijk zichtbare parkeerschijf.

Ter zake van deze constatering is een controleformulier opgesteld en is melding gedaan bij de inspecteur. Naar aanleiding daarvan heeft de inspecteur een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting opgelegd en een verzuimboete van € 824 (100% van de nageheven belasting).

In geschil is onder meer of de boete terecht en tot het juiste bedrag is opgelegd.

Het Hof stelt vast dat belanghebbende zijn auto tijdens een periode dat de geldigheid van het kenteken was geschorst, stond geparkeerd op een aan de weg gelegen openbare parkeerplaats. Aangezien tussen partijen niet in geschil is dat met het parkeren gebruik gemaakt is van de openbare weg, is aan belanghebbende terecht een naheffingsaanslag opgelegd. De stellingen van belanghebbende dat hij beschikt over een eigen parkeerplaats en dat hij slechts één dag gebruik heeft gemaakt van de openbare weg, omdat het alarm van de auto defect was, kunnen hem niet baten. De tijdsduur van het parkeren is naar het oordeel van het Hof niet van belang voor het antwoord op de vraag of met de auto gebruik is gemaakt van de openbare weg.

Slechts als sprake is van afwezigheid van alle schuld (avas) wordt geen verzuimboete opgelegd. De stelling van belanghebbende dat bij hem sprake is van afwezigheid van alle schuld omdat hij de auto vanwege de problemen met het alarm en het bezoek aan de garage dat daardoor noodzakelijk was wel moest parkeren op de openbare weg, verwerpt het Hof. Belanghebbende is bekend met de schorsingsregeling en wist of had kunnen weten dat hij de schorsing digitaal had kunnen opheffen. Voorts stonden belanghebbende alternatieven ter beschikking om het alarm uit te schakelen. Het Hof is gelet hierop van oordeel dat geen sprake is van afwezigheid van alle schuld.

Het Hof oordeelt dat de verzuimboete terecht is opgelegd en acht een boete van € 824 passend en geboden.

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2019:1257