Belanghebbende heeft over het tijdvak september 2013 aangifte omzetbelasting gedaan en daarin verzocht om een teruggaaf van € 1.525. Over het tijdvak oktober 2015 heeft belanghebbende aangifte omzetbelasting gedaan naar een bedrag van € 1.924.

Belanghebbende heeft aan de inspecteur bericht dat zij overgaat tot verrekening. De inspecteur heeft aan belanghebbende een verzuimboete opgelegd van € 57 wegens het niet tijdig betalen van de verschuldigde omzetbelasting. In geschil is of de verzuimboete terecht is opgelegd.

Belanghebbende stelt zich op het standpunt dat de verzuimboete ten onrechte is opgelegd, omdat geen sprake is van een verzuim. Belanghebbende heeft de te betalen omzetbelasting verrekend met een verwachte teruggaaf omzetbelasting over het tijdvak september 2013.

Het Hof verwerpt het betoog van belanghebbende. Er is een wettelijke mogelijkheid waarbij een belastingplichtige uitstel van betaling kan krijgen in afwachting van een verrekening met een belastingteruggaaf. Zoals de inspecteur terecht heeft aangevoerd, heeft belanghebbende in haar brief geen verzoek tot uitstel van betaling gedaan, maar de inspecteur medegedeeld dat zij tot verrekening van diverse bedragen is overgegaan en daarmee heeft betaald.

Belanghebbende heeft evenmin een machtiging aan de ontvanger verstrekt om de teruggaaf omzetbelasting aan te wenden voor de betaling op aangifte waarvan uitstel zou zijn verzocht. Belanghebbende heeft bij de verrekening niet alleen een nog niet geformaliseerde belastingteruggaaf betrokken, maar ook bedragen zoals griffierechten voor andere procedures en door belanghebbende zelf berekende rente en kosten die in het geheel niet verrekenbaar zijn op grond van de bepalingen waar belanghebbende zich op beroept. Deze handelwijze is volgens het Hof niet pleitbaar en levert evenmin afwezigheid van alle schuld op.

Belanghebbende, een ervaren ondernemer en belastingplichtige, kon naar het oordeel van het Hof weten dat zij op deze wijze niet aan haar betalingsverplichtingen jegens de Belastingdienst kon voldoen. Het Hof acht de verzuimboete passend en geboden.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 8 mei 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:4167

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHARL:2018:4167