De inschrijving in het register van de accountant die de jaarrekeningen van Weyl Beef in 2008 en 2009 goedkeurde (hierna: betrokkene), is door de Accountantskamer doorgehaald, met daaraan gekoppeld een herinschrijvingsverbod van 3 maanden. Hiermee verklaart de Accountantskamer de klachten van de AFM, de curatoren van het failliete Weyl en een stichting die de belangen behartigt van crediteuren van Weyl, grotendeels gegrond. In deze samenvatting worden enkele klachtonderdelen van genoemde klagers besproken.

De Accountantskamer heeft onder andere het klachtonderdeel dat betrokkene bij zijn controle de voorschriften omtrent onafhankelijkheid niet heeft nageleefd, gegrond verklaard. Ten onrechte heeft betrokkene als controlerend accountant van Weyl de verbondenheid aan Weyl van zijn voorganger tevens voormalige superieur, terwijl die voormalig controlerend accountant nog steeds beschikte over een e-mailadres bij de accountantsorganisatie, niet aangemerkt als een bedreiging voor zijn onafhankelijkheid. Niet blijkt dat betrokkene aan die bedreiging aandacht heeft geschonken bij de cliënt- en opdrachtcontinuering.

Ook het klachtonderdeel over het niet verrichten van voldoende controlewerkzaamheden en het niet verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie wordt gegrond verklaard. Zo concludeert de Accountantskamer dat betrokkene geen oog heeft gehad voor inherente risico’s of adequate waarborgen in de interne beheersing en in het geheel geen frauderisico’s heeft onderkend. Daarnaast is gebleken dat betrokkene niet heeft uitgevoerd wat hij zich in de controleaanpak omtrent het frauderisico nog wel had voorgenomen. Betrokkene is op dit onderwerp in zeer ernstige mate tekortgeschoten, aldus de Accountantskamer. Wat betreft de goederenbeweging wordt vastgesteld dat geen sprake is geweest van een diepgaand, sluitend onderzoek naar de goederenbeweging, de aansluiting daarvan met de geldbeweging en naar de voorraden, terwijl betrokkene in zijn controle juist zo’n belang had toegekend aan de goederenbeweging. Op basis van de verrichte werkzaamheden was evenmin een deskundig oordeel over de juistheid van voorraden mogelijk. Volgens de accountantskamer is betrokkene ook op dit onderdeel in ernstig tekortgeschoten. Wat betreft debiteuren wordt vastgesteld dat betrokkene hieromtrent evenmin heeft voldaan aan de voor hem geldende vaktechnische regels en dat vele aspecten van dit onderdeel niet heeft beschikt over voldoende en geschikte controle-informatie. De voorgaande conclusie geldt evenzeer voor crediteuren, waarbij daar met name het niet verrichten van controlewerkzaamheden omtrent de volledigheid van de verantwoorde inkoopfacturen opmerkelijk is. Wat betreft continuïteit wordt vastgesteld dat betrokkene geen afzonderlijke controlewerkzaamheden heeft verricht, terwijl daar vanwege de zeer recente verruiming van de kredietfaciliteiten en het vrijwel onmiddellijk ontstaan van een substantiële overstand alle aanleiding toe was.

De conclusie is dat betrokkene de waardekringloop binnen Weyl op meerdere onderdelen in volstrekt onvoldoende mate heeft onderzocht. De controle heeft feitelijk geen effectieve inhoud gehad; de controle is ontoereikend geweest in opzet en uitvoering. Een en ander leidt volgens de Accountantskamer weinig twijfel dat indien wel toereikende controlewerkzaamheden waren verricht, betrokkene de ongegronde correctieboekingen in de grootboekrekeningen voorraden/inkopen, debiteuren en crediteuren wel had blootgelegd.

Tot slot wordt in aanmerking genomen dat betrokkene gedurende lange tijd de waarheid geweld heeft aangedaan door, ondanks de andersluidende uitkomst van een intern onderzoek naar het controledossier 2009, zich publiekelijk steeds op het standpunt te stellen dat zijn handelwijze en de uitgevoerde jaarrekeningcontroles voldeden aan de daaraan te stellen vaktechnische eisen.

Accountantskamer 18 december 2015, zaaknummers 14/2716, 15/151, 15/714

http://tuchtrecht.overheid.nl/nieuw/accountants/uitspraak/2015/ECLI_NL_TACAKN_2015_153

http://tuchtrecht.overheid.nl/nieuw/accountants/uitspraak/2015/ECLI_NL_TACAKN_2015_154