De staatssecretaris van Financiën heeft de Tweede Kamer een brief opgesteld met maatregelen over de aanpak van belastingontduiking.
De staatssecretaris geeft aan dat de Panama Papers voor een groot publiek zichtbaar hebben gemaakt hoe internationaal opgezette structuren kunnen worden ingezet om vermogens en financiële stromen buiten het oog van de autoriteiten te houden. Hij benadrukt dat de Belastingdienst hier al veel langer tegen aan loopt. Het kabinet zet om deze reden al geruime tijd sterk in op de aanpak van belastingontduiking. Daarvoor zijn naar de overtuiging van de staatssecretaris, internationale maatregelen nodig, maar ook nationale maatregelen.
Zo wordt (toenemende) transparantie van grote betekenis geacht voor het aanpakken van belastingontduiking. Toegang tot informatie, uitwisseling van informatie en toezicht op de wijze waarop landen internationale afspraken hieromtrent nakomen, dragen er volgens de staatssecretaris in belangrijke mate aan bij dat in het buitenland ondergebracht vermogen niet langer buiten het zicht van de (fiscale) autoriteiten blijft en dat belanghebbenden zich niet achter een verhullende constructie kunnen verbergen. Inmiddels zijn hierover afspraken gemaakt die op korte termijn toegepast zullen gaan worden en effecten moeten gaan sorteren, aldus de staatssecretaris.
Verder wordt de zwarte lijst benoemd, waarop landen gesorteerd staan op de mate van fiscale transparantie, schadelijke belastingconcurrentie en de participatie van deze jurisdicties in het internationale proces om grondslaguitholling en winstverschuiving tegen te gaan. Het kabinet steunt het opstellen van een gemeenschappelijke lijst, omdat hiermee een belangrijk signaal gegeven wordt aan derde landen buiten de EU dat een wereldwijde minimumstandaard op het gebied van belastingen en transparantie moet worden toegepast.
Er worden ook nationale maatregelen genoemd, zoals het afschaffen van de inkeerregeling voor zwartspaarders. Hierbij wordt opgemerkt dat het verstrekken van juiste en volledige inlichtingen wel blijft gelden als een strafverminderende omstandigheid.
Verder is de staatssecretaris voornemens om het fiscale verschoningsrecht in te perken. Naar de mening van de staatssecretaris moet worden voorkomen dat bepaalde fiscaal relevante feiten, zakelijke handelingen en transacties aan het oog van de Belastingdienst worden onttrokken door daarvoor een geheimhouder te gebruiken. De Belastingdienst moet bovendien inzicht kunnen hebben in de financiële transacties die door advocaten voor een cliënt worden verricht via een (bijzondere) rekening.
De staatssecretaris is verder voornemens om vergrijpboeten openbaar te maken die zijn opgelegd aan juridische beroepsbeoefenaren, zoals adviseurs. De staatssecretaris gaat uit van een preventieve werking en hoopt op deze wijze duidelijk te kunnen maken dat het adviseren en implementeren van onaanvaardbare fiscale constructies niet wordt geaccepteerd.
De staatssecretaris heeft nog meer maatregelen aangekondigd en zal dit jaar verschillende wetsvoorstellen ter consultatie aanbieden.
Ministerie van Financiën 17 januari 2017, Aanpak van belastingontduiking