De Hoge Raad heeft arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën en het incidenteel beroep in cassatie van een importeur van ledlampen (belanghebbende). In het kader van dit geding waren eerder al prejudiciële vragen gesteld door de Hoge Raad aan het HvJ EU (zie hieromtrent onze SpotOn van 19 januari 2017: https://www.debontspoton.nl/douane/hvj-eu-oordeelt-dat-ledlampen-niet-onder-douanetarief-van-0-mogen-worden-ingevoerd/).

Uit het arrest van het HvJ EU volgt dat de led-lampen niet onder de post 8541 vallen, belanghebbende had de goederen onder deze GN-post aangegeven. Op post 8541 is een douanetarief van 0% van toepassing. De douane heeft zich op het standpunt gesteld dat de ledlampen moesten vallen onder GN-onderverdeling 8543, waarvoor een douanetarief van 3,7% geldt. Het HvJ EU heeft voor recht verklaard dat de led-lampen in deze zaak moeten worden ingedeeld in post 8543 van de GN, waarop een douanetarief van 3,7% van toepassing is. Het oordeel van het Gerechtshof Amsterdam dat de led-lampen met toepassing van algemene indelingsregel 4 van de GN moeten worden ingedeeld in post 8539 van de GN geeft daarom blijk van een onjuiste rechtsopvatting.

Gelet hierop kan het oordeel van het Gerechtshof Amsterdam niet in stand blijven, de Hoge Raad kan de zaak afdoen en deelt de led-lampen in onder GN-post 8543.

Hoge Raad, 21 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:729

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2017:729