Aan belanghebbende, een fiscaal adviseur, zijn navorderingsaanslagen inkomstenbelasting opgelegd over de jaren 2012 en 2013. Over het jaar 2012 is voorts een vergrijpboete opgelegd van € 148 en over het jaar 2013 een vergrijpboete van € 1.395.

Belanghebbende handelt onder de naam ‘formulierenman’. Belanghebbende geeft fiscale adviezen aan particulieren, vult belastingaangiften in en voert bezwaar- en beroepsprocedures. Naar aanleiding van een boekenonderzoek is gebleken dat belanghebbende geen juiste balans en winst- en verliesrekening heeft samengesteld. Ook heeft hij een schenking ontvangen van een zakelijke relatie en deze ten onrechte niet meegerekend als bedrijfsopbrengst. De inspecteur heeft daarom correcties toegepast en boetes opgelegd.

In geschil is onder meer of de boetes terecht en tot de juiste bedragen zijn opgelegd.

Tussen partijen is niet meer in geschil dat de navorderingsaanslag 2012 in verband met nog in aanmerking te nemen niet gerealiseerde zelfstandigenaftrek moet worden verminderd tot nihil, en dat de vergrijpboete over 2012 daardoor moet worden vernietigd.

Ten aanzien van het jaar 2013 acht de inspecteur grove schuld bij belanghebbende aanwezig en heeft daarom een vergrijpboete van € 1.395 opgelegd, welke na bezwaar is gematigd tot € 558.

Naar het oordeel van het Hof faalt het betoog van belanghebbende dat geen sprake is van grove schuld. Vaststaat immers dat belanghebbende ondernemer is en zich beroepsmatig heeft beziggehouden met onder meer het verzorgen van belastingaangiften voor derden. Het is dan aan belanghebbende een deugdelijke winst- en verliesrekening te maken. Gelet op de aanzienlijke correctie van € 16.950 op basis van dezelfde administratie is naar het oordeel van het Hof geen sprake van een deugdelijke winst- en verliesrekening.

Het Hof is van oordeel dat, mede gelet op belanghebbendes ondernemerschap en professie, sprake is van een in laakbaarheid aan opzet grenzende onachtzaamheid aan de zijde van belanghebbende. De inspecteur heeft derhalve bewezen dat sprake is van grove schuld bij belanghebbende. Het Hof acht de – na bezwaar – gematigde vergrijpboete van € 558 passend en geboden.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 23 januari 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:885

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHARL:2018:885