Op 1 december 2020 is een aanwijzing gepubliceerd die De Nederlandsche Bank (DNB) op 29 juli 2019 aan MUFG Bank (Europe) N.V. (MBE) heeft gegeven. De aanwijzing betreft maatregelen die MBE moet nemen om te voldoen aan haar verplichtingen op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).

Wwft tekortkomingen

DNB had een aantal Wwft-tekortkomingen geconstateerd bij MBE. Zo beschikte MBE niet over een adequate systematische integriteitsrisicoanalyse (SIRA). Verder had MBE geen adequate procedures en beheersmaatregelen op het gebied van detectie van afwijkende transactiepatronen. Ook vond DNB dat MBE niet beschikte over een effectieve compliance functie ten aanzien van opvolging van signalen uit transactiemonitoring.

In februari 2019 had de Amerikaanse vestiging van het concern waarvan MBE deel uitmaakt ook reeds een aanwijzing gekregen die onder meer zag op anti-money-laundering verplichtingen. Door de Amerikaanse toezichthouder waren aldaar tekortkomingen geconstateerd in onder meer de transactiemonitoring en interne controle.

Risicobeheersing

De Wwft schrijft voor dat een instelling de risico’s op witwassen en financieren van terrorisme die verbonden zijn aan haar aard, omvang en dienstverlening vaststelt en beoordeelt. Hierbij dient in ieder geval rekening te worden gehouden met de risicofactoren die verband houden met het type cliënt, dienst en met landen of geografische gebieden.

Uit de Integrity Risk Analysis 2019 van MBE bleek volgens DNB niet welke inherente integriteitsrisico’s aan de orde kunnen zijn op basis van deze risicofactoren. Ook was niet duidelijk of alle relevante inherente integriteitsrisico’s in beeld waren.

Transactiemonitoring en compliancefunctie

Instellingen dienen op grond van de Wwft te beschikken over procedures en maatregelen om de risico’s op witwassen en financieren van terrorisme te beperken en effectief te beheersen. Daarbij dienen ook de risico’s die zijn geïdentificeerd in de meest recente versies van de supranationale risicobeoordeling en de nationale risicobeoordeling te worden meegenomen. De procedures en maatregelen zijn er op gericht dat een voortdurende controle op de cliëntrelatie en op de door een cliënt verrichtte transacties wordt uitgeoefend.

MBE had de bij haar transactiemonitoring gehanteerde uitgangspunten (regels) niet gebaseerd op haar eigen risicoanalyse maar op die van het Londense bijkantoor van de groep waarvan MBE deel uitmaakte. DNB vond dat MBE hiermee niet voldeed aan de Wwft-regels voor transactiemonitoring. MBE dient als instelling uit te gaan van haar eigen risicoanalyse.

Eventuele alerts ten aanzien van transacties van cliënten van MBE werden bovendien in Londen beoordeeld zonder dat duidelijk was of de compliance functie van MBE zelf hier een rol bij speelde. Daarmee voldeed ook MBE’s compliancefunctie volgens DNB niet aan de eisen van de Wwft.

Aanwijzing

Gelet op de diverse geconstateerde overtredingen heeft DNB aan MBE een aanwijzing gegeven die ertoe strekt dat MBE de geconstateerde overtredingen beëindigt. MBE heeft dit vertaald naar een herstelprogramma dat zij heeft uitgevoerd. Vanaf 1 december 2020 dient MBE periodiek aan DNB te rapporteren over de voortgang.

https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/nieuws-2020/dnb390998.jsp#